Schisis
Schisis is de medische term voor een duidelijk zichtbare spleet in lip, kaak en/of gehemelte.
In dit gezondheidsdossier krijgt u informatie over schisis en de verschillende behandelingen die kinderen met schisis krijgen. De afwijking is echter bij ieder kind anders, dus ook de behandeling kan van kind tot kind verschillen.
Wat is Schisis?
De lip-, kaak- en gehemeltespleet wordt in medisch taalgebruik "schisis" genoemd. Er bestaan verschillende vormen van schisis. Sommige baby's hebben enkel een spleet in de lip (cheiloschisis). Andere hebben een spleet in zowel de lip als kaak (cheilognathoschisis). Tenslotte kan er ook in zowel de lip, de kaak als het gehemelte (cheilognathopalatoschisis) een spleet voorkomen. De spleet kan links of rechts zitten. Dan spreken we van een enkelzijdige spleet. Een dubbelzijdige spleet is ook mogelijk.
De spleet loopt vaak door tot in de neus. Soms is er alleen een spleet in het gehemelte, meestal is aan het gezichtje van het kind dan niets bijzonders te zien. Er bestaan veel varianten van schisis. Elke schisis is anders: je kan niet zeggen dat de ene ernstiger is en de andere minder ernstig. Het is namelijk van tevoren heel moeilijk te voorspellen wat het resultaat van de behandelingen zal zijn. Een kind groeit en hoe het zich later zal ontwikkelen is moeilijk te zeggen.
Schisis en erfelijkheid
De ontwikkeling van het gezicht en verhemelte vindt plaats in de eerste 3 maanden van de zwangerschap. Zowel het verhemelte als de bovenlip en de neus ontstaan door het samensmelten van verschillende structuren in het gelaat. Wanneer dit proces niet of onvolledig geschiedt, blijven spleten bestaan.
Een schisis komt voor bij 1 à 2 op 1000 geboorten en vaker bij jongens dan bij meisjes.
Schisis kan geïsoleerd voorkomen, d.w.z. zonder bijkomende afwijkingen, maar ook kaderen in een ruimere aandoening. In dit laatste geval spreekt men van een syndromale vorm van schisis. Een lipspleet (al dan niet met verhemeltespleet) is in ongeveer 95% van de gevallen geïsoleerd. Bij een verhemeltespleet betreft het in ongeveer 15% een syndromale vorm.
De oorzaak van een geïsoleerde schisis is multifactorieel, d.w.z. het resultaat van een samenspel tussen vele erfelijke factoren en omgevingsfactoren. Welke omgevingsfactoren is niet precies gekend. Het herhalingsrisico naar een volgende zwangerschap bedraagt in dit geval ongeveer 3-5%.
Het herhalingsrisico bij een syndromale vorm van schisis is afhankelijk van het syndroom. Voor een groot aantal syndromen is het mogelijk de oorzakelijke fout op te sporen. Er zijn echter ook vele gevallen van schisis met geassocieerde afwijkingen waarbij geen exacte diagnose kan gesteld worden.
Om na te gaan of een kind een geïsoleerde dan wel syndromale vorm van schisis heeft en de kans op herhaling voor eventuele volgende kinderen te bepalen, kan u een klinisch geneticus raadplegen. Bij erfelijkheidsadvisering zal de persoon met schisis worden onderzocht, een stamboom worden opgesteld en indien nodig bijkomend nazicht van andere orgaansystemen (vb echografie van hart, radiografie van wervelzuil, oogonderzoek…) of een bloedonderzoek worden verricht.
Ook de mogelijkheden voor eventuele prenatale diagnostiek bij volgende zwangerschappen kunnen besproken worden.
Behandeling
De behandeling van een kind met een aangeboren aangezichtsafwijking kan kort na de geboorte al beginnen. De behandeling strekt zich over een reeks van jaren uit. Het kind maakt immers een enorme groei door van baby tot volwassene. Binnen deze periode proberen we het beste tijdstip te kiezen voor ieder onderdeel van het behandelingsplan.
Het is niet mogelijk om het kind op iedere willekeurige leeftijd een "normaal" uiterlijk en gebit te bezorgen. Dit hangt samen met de groei van het kind en de veranderingen die hierdoor optreden. We streven ernaar om een zo goed mogelijk resultaat te hebben als het kind volwassen is. Dit vraagt van alle betrokkenen veel geduld. Omdat alle kinderen anders zijn, zal het behandelingsplan van kind tot kind op sommige punten verschillen.
Voeding en verzorging
Een van de eerste dingen waarmee u te maken krijgt, is het voeden van uw baby. In het UZ Gent begeleidt de sociaal verpleegkundige de ouders bij de voeding van schisiskinderen.
Een afspraak maken
- schisisteam@ugent.be
- 09 332 40 16