UGent zoekt oplossingen voor meerjarenbegroting 2023-2027
(14-12-2022) De financieel-economische crisis, met een sterk oplopende inflatie en gestegen energieprijzen, stelt ook de Universiteit Gent voor tal van uitdagingen.
Ondanks diverse al genomen maatregelen heeft de raad van bestuur voor 2023 een begroting met een tijdelijk negatief saldo moeten goedkeuren. Hoe komt dit, en hoe pakken we het samen aan? Een blik op het resultaat van enkele maatregelen, en op de toekomst.
Om de begroting in 2023 in evenwicht te krijgen, mist de UGent op dit moment 13,6 miljoen euro. En dat terwijl de universiteit in 2022 reeds voor 9,3 miljoen euro aan maatregelen trof. Indien er geen aanpassingen komen aan het beleid zal het negatief saldo stijgen naar 31,5 miljoen euro in 2027. Dat is geen fijn nieuws maar het is de realiteit en daar moeten we mee aan de slag.
De oorzaken van het tekort zijn zowel aan de uitgaven- als aan de inkomstenzijde van de begroting te vinden. Oplossingen aanreiken zal creativiteit en daadkracht vergen. Het staat in elk geval vast dat kwaliteitsvol onderwijs en onderzoek hierbij absolute prioriteit krijgen.
“De omstandigheden maken het voor iedereen moeilijk, ook voor de UGent. Inspanningen leveren, en moeten vaststellen dat deze nog niet volstaan, is voor niemand leuk. Toch geloof ik dat deze moeilijke situatie ook opportuniteiten zal bieden voor een structureel financieel gezonde toekomst.” (Rector Rik Van de Walle)
De grootste druk zit op de algemene, universiteitsbrede begroting waarmee onze onderwijs- en onderzoeksbasis wordt gefinancierd. Maar dat betekent niet dat er geen uitdagingen zijn ten aanzien van de onderzoeksprojecten die in de faculteiten worden uitgevoerd. Ook daar zullen de gestegen personeels- en energiekosten niet steeds door de verworven of verwachte projectinkomsten kunnen worden gedekt.
Uitgaven: sterke stijging als gevolg van inflatie en energiecrisis
De inflatie en de energiecrisis slaan overal toe en raken uiteraard ook de UGent. Beide leiden tot significante stijgingen van onze uitgaven:
- vijf reeds in 2022 uitgevoerde en twee nog in 2023 verwachte loonindexeringen zorgen voor 17% stijging van de personeelskosten;
- de kosten voor energie zullen verdubbelen, ondanks de genomen energiebesparingsmaatregelen en het feit dat de UGent in het verleden al veel investeerde in alternatieve energiebronnen, zoals windturbines en zonnepanelen;
- om dezelfde redenen zet de stijging van de uitgaven zich ook door in contracten met externe partijen, zoals schoonmaak en onderhoud, gebruik van infrastructuur (bv. bij HOGENT en HoWest), verzekeringspremies, …
Deze uitgaven vormen een steeds grotere druk op de beschikbare middelen. Het aandeel aan resterende, vrij te besteden werkingsmiddelen wordt immers steeds kleiner, terwijl deze middelen cruciaal zijn om het onderwijs en wetenschappelijk onderzoek aan de UGent optimaal te kunnen ondersteunen.
Inkomsten: dalend aandeel en decretaal tekort werkingstoelage
De universitaire inkomsten bestaan voor een groot deel uit de financiering die de UGent van de overheid ontvangt voor haar onderwijs- en onderzoeksbasisactiviteiten. Het aandeel van deze zogenaamde werkingstoelage is ten opzichte van de totaliteit aan inkomsten sinds de start van het huidige mechanisme in 2008 gezakt van 48,0% naar 43,2% in 2023.
Deels is dit het gevolg van de stijging van de onderzoeksinkomsten die UGent-onderzoekers succesvol binnenhalen (BOF- en FWO-projecten, ERC Grants, …). Maar er is toch vooral een negatieve impact door het niet mee evolueren van de overheidstoelage met de sterk stijgende studentenpopulatie aan onze universiteit. Concreter uitgedrukt: waar de UGent in 2008 per student zo’n 8.000 euro toelage ontving, is dat in 2023 nog maar circa 6.650 euro, en dit is te wijten aan het niet of slechts deels uitvoeren van sommige decretaal vastgelegde mechanismen:
- indexeringen worden niet (volledig) doorgevoerd;
- de 'kliks' (het mee evolueren van de financiering met de studentenaantallen) worden niet toegepast;
- beloofde groeipaden worden uitgesteld.
“Minister Weyts heeft afgelopen jaar het indexeringsmechanisme sterk gewijzigd en in een compensatie voorzien; dit wordt natuurlijk bijzonder geapprecieerd. Maar met het oog op de toekomst volstaat dit niet. De UGent zal blijven ijveren voor een volledige uitvoering van het financieringsdecreet en dus voor een adequate financiering vanuit de Vlaamse overheid. Omdat het moet, voor onze studenten en medewerkers, voor ons kwaliteitsvol onderwijs en onderzoek.” (Rector Rik Van de Walle)
Werd er al actie ondernomen?
De UGent nam al diverse maatregelen die een wezenlijke impact hebben op de (meerjaren)begroting:
- de uitvoering van de beslissingen in het kader van de kerntakennota leverde in 2023 reeds 9,3 miljoen euro op en dat cijfer stijgt tot 12,3 miljoen euro in 2027. Deze beslissingen zijn ongeveer 50-50 verdeeld over inkomsten en uitgaven;
- er wordt op de facultaire en centrale werkingskredieten geen indexering toegepast; voor nieuwe initiatieven is er geen budgettaire ruimte;
- de energiebesparingsmaatregelen die eerder aangekondigd werden, zouden een positief effect moeten teweegbrengen. De impact ervan zal pas na één seizoen duidelijk zijn;
- in de schoot van de VLIR werd op voorstel van de UGent beslist dat de overhead op nieuw afgesloten onderzoeks- en dienstverleningsovereenkomsten vanaf 2023 20% zal bedragen. Tot op heden was dit 17%;
- het nieuwe studentenhuisvestingsplan zorgt voor structureel gezonde studentenvoorzieningen.
Heeft de UGent geen reserves om een en ander op te vangen?
De UGent beschikt niet over een ruime reserve; elke euro die de UGent ontvangt, krijgt meteen een bestemming. Wel beschikt de UGent over een liquiditeitenreserve, die tijdelijk kan worden ingezet voor eenmalige investeringen. In afwachting van die bestemming worden de middelen op een duurzame manier belegd.
“Ja, het eenmalige tekort waarmee de UGent in 2023 omwille van de stijgingen op de energiefactuur geconfronteerd wordt, zal kunnen gefinancierd worden. Maar net zoals in een huishouden moet de UGent als een goede huisvader waken over haar financiën. Daarbij is een gezonde financiële toekomst cruciaal. Een tekort bijpassen uit de reserve is geen oplossing voor meerdere jaren.” (Logistiek beheerder Jeroen Vanden Berghe)
Op naar een structureel financieel gezonde universiteit
De uitdaging ligt erin om de onvermijdelijke stijgingen aan de kostenzijde structureel op te vangen, en tegelijk de kloof tussen de stijgende loonkosten en de inkomsten te dichten. De oplossing zal liggen in een mix van maatregelen die inspelen op het verhogen van de inkomsten en het beheersbaar houden van de uitgaven die de UGent zelf in de hand heeft. Over dit complexe vraagstuk zal de UGent zich de komende tijd buigen.
“Dat we de impact van sommige besparingen zullen voelen, is onvermijdelijk. De principes in de goedgekeurde kerntakennota zullen daarbij als een kompas fungeren. De steun van zowel de medewerkers, studenten als de overheid zal noodzakelijk zijn om tot een financieel gezonde toekomst te komen. Ik ben ervan overtuigd dat we samen de nodige oplossingen zullen vinden. Die niet vinden, zou betekenen dat we volgende generaties, waaronder onze studenten, op termijn opzadelen met grote problemen. Dat zou onverantwoord zijn, dus zullen we dat niet doen.” (Rector Rik Van de Walle)