Begeleiding van doctorandi
Promotor
- Wie doctoreert heeft minstens één promotor. Je promotor is een expert is je vakgebied en is je gids tijdens je doctoraatsstudie. Het is van groot belang een promotor te vinden met wie de gehele onderzoeksproblematiek bespreekbaar is en die je de nodige logistieke middelen ter beschikking stelt. Je promotor waakt over de voortgang van je onderzoek en zit je doctoraatsbegeleidingscommissie voor.
- Minstens één van de promotoren behoort tot het Zelfstandig Academisch Personeel van de Universiteit Gent, is gastprofessor met een onderzoeksopdracht of of is gepensioneerd ZAP met uitzonderlijk toelating tot voortzetting van bezoldigde onderwijsactiviteiten. De promotor wordt officieel door de faculteit aangesteld. Een faculteit kan meerdere promotoren aanstellen, bijv. in het geval van een multidisciplinair onderzoek. Eventueel kan een faculteit ook een promotor buiten de faculteit aanstellen.
- Voor alle doctoraatsstudenten ingeschreven vanaf 2015-2016 voorziet de faculteit verplicht in een tweede begeleider: bijvoorbeeld een tweede promotor, de aanstelling van een doctoraatsbegeleidingscommissie, of een andere tweede begeleider.
Er zijn in principe twee mogelijkheden om een promotor voor je doctoraat te vinden. Je kan ofwel solliciteren naar een open doctoraatspositie (d.w.z. dat een promotor actief op zoek is naar een doctoraatsstudent) of je kan een specifieke professor van de Universiteit Gent benaderen (d.w.z. dat je zelf een interessant onderzoeksvoorstel en/of onderzoeksfinanciering hebt).
Doctoraatsbegeleidingscommissie
- De leden van de doctoraatsbegeleidingscommissie waken samen met de promotor(en) over de voortgang van je onderzoek. De commissie komt minstens één keer jaar samen om je zelfreflectierapport te bespreken, maar kan je ook tussentijds nuttige adviezen geven over je onderzoek en doctoraatsopleiding. Elke doctoraatsstudent is verplicht jaarlijks te rapporteren over de voortgang van het onderzoek, ook als er geen doctoraatsbegeleidingscommissie is samengesteld (in dat geval rapporteert de doctorandus aan de promotor).
- Voor elke doctoraatsstudent kan door de faculteit een doctoraatsbegeleidingscommissie worden aangesteld. In sommige faculteiten is dit facultatief; in andere is dit verplicht. De commissie bestaat uit 3 tot 5 leden, waarvan minstens één expert van buiten je vakgroep. Ook externe deskundigen of professoren verbonden aan een andere universiteit kunnen lid zijn van deze commissie. Je promotor(en) maakt ook steeds deel uit van deze commissie.
Naast deze formele vormen bestaan er tal van informele vormen van begeleiding. In sommige vak- en onderzoeksgroepen worden bijeenkomsten georganiseerd waar onderzoekservaringen worden gedeeld. Sommige promotoren hebben de gewoonte een deel van de begeleidingsactiviteiten (in)formeel te delen met de postdoctorale onderzoekers in de onderzoeksgroep.
Ombuds
Ondervind je tijdens het doctoraat problemen in de samenwerking met je promotor of de doctoraatsbegeleidingscommissie, neem dan contact op met de ombudspersoon voor doctorandi in je faculteit.
- Ombudspersonen (in het Engels)
Extra ondersteuning
De meeste afdelingen of onderzoeksgroepen organiseren extra informele ondersteuning: bijeenkomsten voor promovendi en postdocs om ervaringen te delen, leesgroepen, informele work-in-progress presentaties. In grote vak- en onderzoeksgroepen delen promotoren van hun supervisietaken met postdoctorale onderzoekers in hun team.