Marloes Hagenaars over haar doctoraat: "Too Hard To Handle? Hoe Vlaamse leerkrachten omgaan met etnische diversiteit in de klas."
(04-06-2024) Op vrijdag 29 maart verdedigde Marloes Hagenaars met succes haar doctoraat.
In de meeste westerse samenlevingen worden scholen steeds etnisch diverser door wereldwijde migratie, verstedelijking en beleid. Dit biedt zowel unieke kansen als uitdagingen voor leerkrachten, die moeten navigeren en inspelen op de diverse noden van een etnisch gevarieerde studentenpopulatie. Zoals uit eerdere studies is gebleken, voelen leerkrachten, met name van de etnische meerderheidsgroep, zich onvoorbereid om les te geven in multiculturele groepen en hebben zij vaak het gevoel dat ze niet voldoende formele training hebben gekregen hiervoor. Dit is een belangrijk probleem, gezien de systematische ongelijkheid waarmee etnische minderheidsstudenten worden geconfronteerd. Deze omvatten de etnische prestatiekloof, minder toegang tot een school naar keuze, een lagere beoordelingen van leerkrachten, zich minder thuis voelen op school en een grotere kans om etnische discriminatie te ervaren op school . In deze context is het belangrijk om meer inzicht te krijgen in de rol van de leerkracht zodat we beter kunnen begrijpen welke obstakels leerkrachten mogelijk kunnen verhinderen om gelijke kansen te bieden aan alle leerlingen.
In deze studie werd onderzocht hoe Vlaamse leerkrachten in het secundair onderwijs omgaan met etnische diversiteit en hun motivaties voor deze manieren van handelen. Het doel is om te onderzoeken hoe deze leerkrachten omgaan met etnische diversiteit en welke beslissingen zij hierin nemen. Dit werd onderzocht door de bril van het MAC-framework, dat de omgang met etnische diversiteit indeelt in multiculturele, assimilatiegerichte en kleurenblinde benaderingen. Voorgaande studies hebben aangetoond dat een multiculturele benadering naar etnische diversiteit over het algemeen positieve uitkomsten heeft voor studenten, terwijl assimilatie- en kleurenblinde benaderingen vaak leiden tot minder positieve effecten . Hoewel het MACframework doorgaans gebruikt wordt om het schoolbeleid te analyseren, is dit één van de eerste studies die het MAC-model inzet om het handelen van individuele leerkrachten te onderzoeken. In eerdere studies wordt vaak de aanname gedaan dat leerkrachten passieve individuen zijn die een diversiteitsbenadering kiezen in lijn met het schoolbeleid maar leerkrachten gaan vaak zelf invulling geven aan beleid op basis van hun eigen percepties, voorkeuren en ervaringen. Het is daarom belangrijk om het MAC-framework toe te passen op het individuele handelen van leerkrachten in relatie tot etnische diversiteit.
Om te begrijpen hoe leraren handelen naargelang etnische diversiteit en hun motivaties hiervoor, is deze studie gestructureerd rondom enkele essentiële onderzoeksthema’s: 1) het onderzoeken van verwachtingen van leerkrachten over hun etnische minderheidsstudenten, 2) het onderzoeken van hoe leerkrachten daadwerkelijk handelen naargelang etnische diversiteit, 3) het analyseren van de specifieke manieren van handelen van leerkrachten op het gebied van meertaligheid, 4) het bestuderen van hoe leerkrachten omgaan met incidenten en beschuldigingen van etnische discriminatie en 5) het bekijken van hoe leraren interculturele competenties toepassen in deze context. Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van een kwalitatieve benadering die bestond uit een etnografie, semigestructureerde interviews en gefocuste observaties in vier strategisch gekozen middelbare scholen in Brussel, Antwerpen en Gent.
Uit dit onderzoek blijkt dat leerkrachten verschillend reageren op etnische diversiteit en niet alleen een multiculturele benadering kiezen, wat in eerdere studies positieve uitkomsten voor leerlingen heeft aangetoond, maar ook assimilationistische en kleurenblinde benaderingen gebruiken, wat vaak leidt tot negatieve uitkomsten. In het eerste hoofdstuk werd vastgesteld dat leerkrachten soms middenklasse verwachtingen hadden van leerlingen en ouders, wat leidde tot onrealistische verwachtingen tijdens de COVID-19 lockdown, vooral bij leerlingen uit etnische minderheidsgroepen en lagere sociaaleconomische achtergronden. Bekendheid met de realiteit van deze gezinnen leidde tot realistischere verwachtingen en positievere houdingen van leraren. Hoofdstuk 2, gebruikmakend van het MAC-framework (multicultureel, assimilationistisch, kleurenblind), vond dat leerkrachten tussen deze benaderingen wisselden op basis van meertaligheid, religieuze diversiteit, etnische discriminatie en diversiteit in het curriculum. Leerkrachten namen vaak assimilationistische reacties aan ten opzichte van meertaligheid en religieuze diversiteit, terwijl hun benaderingen van etnische discriminatie en diversiteit in het curriculum varieerden. Factoren die deze reacties beïnvloedden waren persoonlijke overtuigingen, onderwijsbehoeften en schoolbeleid. De autonomie van leerkrachten in Vlaanderen en de specifieke stedelijke context, met name Brussel, speelden ook een rol. Hoofdstuk 3 richtte zich op meertaligheid en vond dat leerkrachten vaak verwachten dat leerlingen enkel Nederlands spraken, een assimilationistische benadering beïnvloed door schoolcontext, onderwijsbehoeften en persoonlijke overtuigingen. Af en toe stond men thuisgebruik van talen onder specifieke voorwaarden toe. Hoofdstuk 4 onderzocht de reacties van leerkrachten op etnische discriminatie, waarbij bleek dat discriminatie vaak werd gezien als een bewuste daad en incidenten werden gebruikt als leermogelijkheden, terwijl op persoonlijke beschuldigingen van discriminatie defensief werd gereageerd door leerkrachten. Tot slot onderzocht Hoofdstuk 5 hoe leerkrachten interculturele competenties ontwikkelen en gebruiken. Praktische ervaring met etnische minderheidsstudenten leidde tot ofwel docentgerichte competenties, die aansluiten bij een assimilationistische benadering, ofwel leerlinggerichte competenties, die een multiculturele benadering ondersteunen. De ontwikkeling van leerlinggerichte competenties was waarschijnlijker in omgevingen waar leraren zich in controle voelden en leerlingen geen leerproblemen hadden, wat het belang benadrukt van het vervullen van de basisbehoeften van leraren om een inclusieve leeromgeving te bevorderen.
De bevindingen in deze studie over hoe leerkrachten handelen naargelang etnische diversiteit en hun motivaties hebben verschillende implicaties voor de praktijk en het beleid. Ten eerste is het belangrijk dat leerkrachten en student-leerkrachten meer training krijgen in het toepassen van een multiculturele aanpak naargelang etnische diversiteit. Om hier een antwoord op te bieden is op basis van deze studie de training RE:flex ontwikkeld. Het doel van deze training is om leerkrachten en student-leerkrachten aan te moedigen om te reflecteren op hun eigen handelen naargelang etnische diversiteit en hoe hun handelen ervaren kan worden door etnische minderheidsstudenten. RE:flex richt zich daarom op het vergroten van het bewustzijn van verschillende manieren van handelen en het begrijpen van de impact van de diversiteitsbenaderingen. Deze gebruiksvriendelijke en praktische training werkt met scenario’s uit de praktijk en bevordert het kritische denken en de zelfreflectie op hun onderwijspraktijken. De training wordt momenteel gebruikt in verschillende middelbare scholen in Vlaanderen en maakt deel uit van talrijke lerarenopleidingen. Alle materialen zijn te vinden op reflextool.be.
Promotor: Prof. dr. Peter Stevens
Co-promotoren: Prof. dr. Sara Willems, Prof. dr. Wendelien Vantieghem