Inhoud
Open sterk
- Stel een (retorische) vraag: zo prikkel je de gedachten van het publiek. Beantwoord de vraag zeker tijdens de inleiding/ het midden.
- Citeer iemand: spreek de naam goed uit, kies een bekend persoon, breng het citaat in verband met je onderwerp.
- Vertrek vanuit de actualiteit: krant, journaal.
- Vertel een grap of anekdote. Pas op: als de grap niet aanslaat, heb je een verschrikkelijke start gemaakt.
- Verwijs naar de reden van je presentatie: “Ik ben hier om u te spreken over…”, “U hebt mij gevraagd…”
- Verwijs naar andere presentaties van de conferentie en toon aan hoe jouw presentatie hierbij aansluit.
- Toon het belang van jouw onderwerp aan of spreek het publiek persoonlijk aan: bv. “Ik weet dat jullie pas 25 jaar zijn en nog niet denken aan het einde van je loopbaan of aan de pensioenleeftijd maar toch zou ik jullie willen spreken over pensioensparen omdat het 1) belangrijk is, 2)….”
- Maak je publiek nieuwsgierig: met een stilte, met een foto waarover je niets zegt, ...