Bachelor of Arts in de archeologie
Tijdens de opleiding tot Bachelor in de archeologie wordt de student van meet af aan geconfronteerd met alle facetten van de archeologische praktijk en met diverse wetenschappelijke disciplines. De opleiding is een combinatie van hoor- en werkcolleges, terreinpraktijk en begeleide zelfwerkzaamheid. Naarmate de opleiding vordert, worden de hoorcolleges afgebouwd en neemt het belang van de werkcolleges en van het eigen onderzoek toe.
Programma
De vakgroep introduceerde een herzien bachelor programma in 2014-2015. In het eerste bachelorjaar krijgen de studenten, naast de opleidingsspecifieke vakken, vijf algemene vakken uit het gemeenschappelijke pakket van de faculteit Letteren en Wijsbegeerte. Daarnaast is de bachelor in de Archeologie opgebouwd rond drie soorten vakken:
- Kennis- en inzichtvakken: overzichten van periodes en van grote archeologische regio's
- Methodologische vakken: (Ba1) Algemene inleiding tot de archeologie, Inleiding tot de wereldarcheologie, Inleiding tot de natuurwetenschappen en Inleiding tot prospectie- en opgravingstechnieken; (Ba2) Ecologische archeologie, Bodemkunde en geologie; (Ba3) Analyse en beeldvorming in de archeologie; Niet-invasieve prospectietechnieken in de archeologie en Inleiding tot de geomatica in de archeologie
- Praktijkvakken: begeleide oefeningen waarin geleerd wordt zelfstandig onderzoek op te zetten en uit te voeren, terreinstages, excursies naar musea en archeologische sites, materiaalpractica
Vanaf het tweede bachelorjaar kan de student zich via een minor (30 punten) verdiepen in wetenschappen die nauw aansluiten bij de archeologische praktijk, zoals Assyriologie, Geografie, Kunstwetenschappen, Geschiedenis en Klassieke Oudheid.