Research Brief 66. Automatisering verdringt minder aantrekkelijke beroepen, maar dat is niet per se een hoera-verhaal

Doctoraal onderzoeker Arthur Jacobs en professoren Elsy Verhofstadt en Luc Van Ootegem

(12 december 2023) De opmars van computertechnologie, artificiële intelligentie en robotisering zal het beroepenlandschap in welvarende landen allicht grondig hertekenen. De kans is reëel dat het takenpakket van sommige beroepen zodanig wordt uitgehold dat ze op termijn zelfs ophouden te bestaan. Hoe betreurenswaardig dat is, hangt ook af van hoe aantrekkelijk de jobs zijn die verdwijnen. In deze Research Brief vatten we ons onderzoek naar de samenhang tussen automatiseerbaarheid en jobtevredenheid samen.

Blog post 66-1.png

Dirty, dangerous, and dull. Voorstanders van robotica halen wel eens aan dat het net dat soort beroepen zijn die zullen teloorgaan door de ingebruikname van robots (bv. hier). De redenering luidt dan dat het verlies van dergelijke beroepen eerder als een verlossing beschouwd moet worden. In welke mate klopt deze gedachtegang en welke kanttekeningen moeten daarbij gemaakt worden?

Minder aantrekkelijke jobs lijken ook meer automatiseerbaar

In ons recent gepubliceerd onderzoek onderzochten we of “meer automatiseerbare” beroepen inderdaad gemiddeld minder kwalitatief zijn. Dat deden we door enquête-data over jobtevredenheid bij 44.000 Europese werkenden te koppelen aan invloedrijke prognoses over de kans dat hun beroepen zullen verdwijnen ten gevolge van automatisering. De negatieve correlatie is op het eerste gezicht duidelijk: mensen die tewerkgesteld zijn in beroepen met een hogere kans op automatisering geven doorgaans aan minder tevreden te zijn met hun job. Om zeker te zijn dat deze negatieve correlatie een intrinsiek minder kwalitatief takenpakket weerspiegelt, controleren we voor een hele resem aan individu-specifieke en job-specifieke eigenschappen, zoals (i) de socio-demografische achtergrond van de respondent, (ii) de verloning van de job en (iii) de vrees voor het verlies van de job. Het resultaat? De negatieve samenhang tussen automatiseerbaarheid en jobtevredenheid blijft bestaan: mensen die tewerkgesteld zijn in beroepen met een hoger automatiseringsrisico zijn (i) niet simpelweg veeleisender, (ii) slechter betaald of (iii) bang voor jobverlies. Het takenpakket van dat soort beroepen lijkt werkelijk minder aantrekkelijk te zijn. Deze bevindingen sluiten aan bij ander recent wetenschappelijk onderzoek (zie hier en hier).

De rol van creativiteit

Om meer inzicht te krijgen waarom automatisering zich lijkt toe te spitsen op minder kwalitatieve beroepen moeten we kijken hoe de automatiseringsprognoses in elkaar zitten. De studie van Frey en Osborne identificeerde verschillende knelpunten die de uitvoering van een beroep door computers, AI of robotica in de weg staan. Onder drie grote noemers verzameld, gaat het om creativiteit, sociale intelligentie en behendigheid. Als een beroep bestaat uit taken die een hoge mate van deze kwaliteiten vergen, acht men de kans kleiner dat ze in de toekomst zullen verdwijnen. Onze analyse wijst uit dat het voornamelijk de lage creativiteitsvereiste van automatiseerbare beroepen is, die de lagere jobtevredenheid verklaart bij mensen die tewerkgesteld zijn in automatiseerbare beroepen. Het zit hem dus vooral in de ‘dull’’. Anderzijds toont dit resultaat ook wel aan dat het negatieve verband tussen automatiseerbaarheid en jobtevredenheid op enigszins twijfelachtige leest gestoeld is: de opmars van zogenaamd “generatieve” AI betekent volgens sommigen immers het einde van het menselijke monopolie op originaliteit. In dat geval valt ook de optimistische conclusie (“Het zijn vooral de minder aantrekkelijke beroepen die straks door robots worden uitgevoerd”) in duigen.

De rol van opleidingsniveauBlog post 66-2.png

Binnen de poule aan beroepen voor kortgeschoolden, geldt nog méér dan bij andere beroepen dat automatisering de kwaliteit van de overgebleven jobs verbetert. Dit is het geval omdat de routinematige beroepen die onder druk staan bij kortgeschoolden eerder van manuele aard zijn: door hun afmattende karakter kunnen deze beroepen hun fysieke tol eisen (zie hier voor een UGent @ Work Research Brief hierover) en op die manier een negatieve impact hebben op jobtevredenheid. Bij de langgeschoolden zijn de routinematige beroepen die onder druk staan vooral cognitief van aard, wat een minder negatieve impact heeft op jobtevredenheid.

Vanuit het perspectief van ongelijkheid dient evenwel een kanttekening gemaakt te worden bij een te optimistische interpretatie van onze bevindingen. Het zijn immers vooral de beroepen die typisch uitgevoerd worden door kort- en middellanggeschoolden die in het gedrang gebracht worden door automatisering. Het is dus van tel om het belang van de twee effecten goed af te wegen. De opkomst van automatiseringstechnologie doet ons mogelijks afstevenen op een toekomst met minder jobs, maar wel jobs van hogere kwaliteit. Vooral voor korter geschoolden dreigt “minder jobs” een realiteit te worden, aangezien nieuwe taken/beroepen eerder toegespitst zijn op hooggeschoolden (zie hier). “Minder jobs” hoeft niet noodzakelijkerwijs een probleem te vormen als de door automatisering geproduceerde welvaart goed verdeeld wordt. In dat geval is het ook mooi meegenomen dat de overgebleven jobs gemiddeld als bevredigender worden ervaren. Als de welvaart minder goed verdeeld wordt, is het tekort aan jobs voor korter geschoolden heel wat problematischer.

Door doctoraal onderzoeker Arthur Jacobs, professor Elsy Verhofstadt en professor Luc van Ootegem (Vakgroep Economie: Arthur.Jacobs@UGent.be; Elsy.Verhofstadt@UGent.be; Luc.VanOotegem@UGent.be)

Lees meer over dit onderzoek in het gepubliceerde wetenschappelijke artikel.

Lees ook de andere Research Briefs van UGent @ Work.