Research Brief 89. Een baan onder je niveau aannemen na het schoolverlaten: een goed idee?

Professor arbeidseconomie Stijn Baert

(24 september 2024) Wie in juni afstudeerde en nu nog geen baan vond, kan zich de vraag stellen wat de beste strategie is: een baan onder zijn (m/v/x) scholingsniveau aannemen of verder zoeken naar een droomjob, met de kans langdurig werkloos te blijven. Professor arbeidseconomie Stijn Baert geeft een antwoord op basis van wetenschappelijk onderzoek… dat ook politici die de werkloosheid willen hervormen zou moeten interesseren.

Research Brief 89-1.jpg

Dat langdurig werkloos zijn, zeker bij de start van je carrière, erg ongunstig is voor wat volgt, legden we al uit in een eerdere Research Brief. Onze meta-analyse van de internationale wetenschappelijke literatuur toonde aan dat werkgevers sollicitanten die langer dan een jaar zonder job zitten niet graag zien komen.

Betekent dit dan dat het beter is zo snel mogelijk om het even welke baan aan te nemen wanneer je van de schoolbanken komt, zelfs wanneer die onder je niveau ligt? En dan eventueel vanuit die situatie van “ondertewerkstelling” verder te solliciteren? Het antwoord lijkt eerder negatief.

Geen springplank

Exact deze vraag stond centraal in een van de hoofdstukken van mijn doctoraal proefschrift. De titel van dit hoofdstuk was letterlijk “Is een eerste baan onder je scholingsniveau een springplank of valkuil?”. Maar dan in het Engels. Het hoofdstuk werd gepubliceerd in vakblad Labour Economics en de afgelopen jaren meer dan 350 keer geciteerd, wat veel is binnen het veld van de economie.

Concreet voerden we een econometrische analyse uit op een representatieve steekproef van Vlamingen die in 1978 en 1980 werden geboren. Deze Vlamingen werden op 23, 26 en 29 jaar bevraagd naar hun studie- en arbeidsloopbaan.

We vonden dat onder je niveau gaan werken veeleer een valkuil is in plaats van een springplank. Bij het aanvaarden van een baan onder het scholingsniveau in plaats van als werkloze verder naar een geschikte baan te zoeken, verlagen maandelijkse instroomkansen in een geschikte baan met 51 tot 98 procent.

Voor meer dan de helft van de werkloze schoolverlaters die een job onder hun scholingsniveau aanvaardden, duurde het bijna tien jaar (!) vooraleer ze een job vonden op hun scholingsniveau. Ze kwamen dus massaal vast te zitten in hun job onder hun niveau.

Een deel van de verklaring ligt bij de werknemer zelf: men heeft eventueel fijne collega’s en voelt zich gewaardeerd in de baan, zodat verder solliciteren er niet van komt. Maar er is ook een verklaring aan de werkgeverszijde, zo toonde vervolgonderzoek.

Slecht voor je cv

In dat vervolgonderzoek verstuurden we fictieve sollicitatiebrieven als reactie op echte vacatures binnen de Vlaamse arbeidsmarkt en maakten daarbij onderscheid tussen drie soorten kandidaten: een kandidaat die rechtstreeks van de schoolbanken kwam, een kandidaat die na het schoolverlaten een jaar werkloos was en een kandidaat die een jaar lang tewerkgesteld was onder zijn niveau.

De schoolverlater ontving in 27% van de sollicitaties een positieve reactie (een uitnodiging voor een jobgesprek, het aanbod van een alternatieve baan of een geïnteresseerde vraag om meer informatie te verstrekken). Voor de kandidaat die onder zijn niveau werkte, was dat 25%. Dit verschil in respons voor het profiel van schoolverlater en dat van de overgeschoolde tewerkgestelde bleek daarbij niet statistisch significant, wat betekent dat het verschil ook toevallig kan zijn.

Dit laatste veranderde wel wanneer enkel gekeken werd naar vacatures die een vaste job aanboden: voor deze banen werden schoolverlaters duidelijk geprefereerd boven degenen met een jaar ervaring in een baan onder hun scholingsniveau. Voor banen met een tijdelijk contract werd geen ongelijke behandeling vastgesteld tussen de schoolverlater en de onder diens niveau tewerkgestelde persoon.

Belangrijk: de kandidaat die een jaar werkloos bleef na het schoolverlaten, was nog slechter af. Deze kreeg globaal slechts in 22% van zijn sollicitaties een positieve reactie. Het verschil met de kansen voor de schoolverlater was statistisch significant.

Blog post 47-2.pngAdvies

Dit onderzoek geeft aan dat schoolverlaters best een goed evenwicht zoeken tussen de eerste maanden na het schoolverlaten echt te gaan voor hun droomjob – en niet om het even wat aan te nemen en zo vast te komen zitten in ondertewerkstelling. Maar gaandeweg lijkt het wel aangewezen de poule van vacatures die ze overwegen te verbreden – kwestie van de zelfversterkende effecten van werkloosheid te vroeg af te zijn.

Een exact moment om te schakelen is niet zomaar af te lijnen uit het onderzoek, maar tijdens de eerste drie maanden al “afzakken” lijkt niet aangewezen, net zoals langer dan zes maanden wachten om te verbreden geen goed idee lijkt.

Arbeidsmarkthervormingen die schoolverlaters (en werkzoekenden) stimuleren om om het even welke baan aan te nemen, bijvoorbeeld door de werkloosheidsuitkeringen voor iedereen te verlagen, lijken dus geen goed idee. Maar de bevindingen van dit onderzoek sterken me wel in mijn eerdere pleidooien voor een versterking van de degressiviteit van de werkloosheid. De uitkeringen hoger dan nu laten starten, zodat ook wie een hypotheek lopen heeft, zich niet aangemoedigd voelt om het even wat te nemen, maar na drie en zes maanden steviger dan nu laten afnemen, zodat men dan de poule van vacatures die men overweegt verbreedt, lijkt me het juiste om te doen.

Door professor arbeidseconomie Stijn Baert (Vakgroep Economie, www.stijnbaert.be).

Over de effecten van onder je niveau werken op je latere carrière lees je meer in de wetenschappelijke artikels in vakbladen Economist en Labour Economics.

Lees zeker ook de andere Research Briefs van UGent @ Work!